Elke woensdagavond een tomson darko tekst in je inbox. Over je eenzaam voelen in een club vol mensen. Over de toxiciteit van je eigen perfectionisme. Over de leegte die we soms allemaal voelen, maar niet met elkaar over praten.
Gisteren, bij het ophalen van de container, zag ik iets raars.
Aan de voet van de bakstenen toren had zich een groepje van een stuk of tien kinderen verzameld. Ze stonden in een kring, luid pratend en wijzend naar het midden. Daar lag een dode vogel. De ingewanden lagen open en bloot. De kop hing aan iets wat ooit het nekje was. Donsveren, smerig van het zand op de grond. Het leek op een duif, de favoriete prooi van de slechtvalk die in de toren in deze wijk woont.
Een jongen begon met een stok op het karkas te prikken en bevestigde dat het dier echt dood was.
Een ander, de kleinste van de groep, trapte met zijn hak op de kop van het dier. Nog een kind volgde, met zijn voet op de ingewanden. βOh, hij valt uit elkaar,β riep iemand.
Op datzelfde moment kwam een moeder langsgefietst. Ze herkende een van de jongens en sprak zijn naam uit. Hij keek terug, schuld op zijn gezicht. De moeder raakte verward door die blik en bleef naar hem kijken, maar zag nog steeds niet het vogellijk.
En ik stond daar. Container in mijn hand. Moet ik iets zeggen tegen de jongens? Of laat ik de kinderen kind zijn?
β
Dead Bird and Two Roses on a Table Board (1882). Van Louis Eysen (1843β1899)
Ik bedoel:
Een dierenkarkas is fascinerend. Dat snap ik wel. De dood is een abstract concept. En dan opeens word je als kind geconfronteerd met iets wat in leven hoort te zijn, maar het niet meer is. Een dode kever, een overreden egel, een dode duif.
Net zoals kinderen ontdekken dat ze met hun lichamelijke kracht invloed hebben op hun omgeving. Dat iets uit elkaar valt als je er met de hak van je schoen op ramt.
Voor ik een stap naar ze toe kon zetten om te vragen wat ze eigenlijk aan het doen waren, renden ze al weg.
Nu, een dag later, blijft het beeld in mijn hoofd hangen.
Een groepje kinderen dat een vogellijk verminkt. Als een gifje dat steeds opnieuw afspeelt. Als een scène uit een Stephen King-boek.
De onschuldigen hebben altijd iets sinisters over zich heen, vind je niet?
Elke woensdagavond een tomson darko tekst in je inbox. Over je eenzaam voelen in een club vol mensen. Over de toxiciteit van je eigen perfectionisme. Over de leegte die we soms allemaal voelen, maar niet met elkaar over praten.